Bridge over the river Kwai

25 november 2018 - Kanchanaburi, Thailand

Om 9 uur komt de tuktuk ons ophalen zoals we 2 dagen geleden met de chauffeur hebben afgesproken. Vandaag vertrekken we weer uit Sukhothai. Het was de moeite waard om hierheen te gaan maar 1 dag is meer dan genoeg.

Er gaat geen bus naar Kanchanaburi. Om daar te komen moeten we eerst met de bus naar Bangkok en daar dan weer een buskaartje kopen naar Kanchanaburi. Er is geen plaats meer in een VIP bus dus zitten we wederom met allemaal locals in de bus. Het zij zo. De beenruimte is krap maar we hebben wel vaste stoelen gelukkig.

Na 3 uur rijden wordt er iets in het thais omgeroepen. Geen idee wat ze zeggen en niemand die engels spreekt. Maar de bus stopt en iedereen stapt uit. Wij dus ook maar. Eerst maar naar de wc en dan zien we daarna wel of we wat meer te weten kunnen komen.

We spreken de buschauffeur aan om te vragen of we hier tijd hebben om iets te eten. De man begrijpt ons niet en wij hem niet. Een medewerkster van het restaurant spreekt een half woordje engels en zij maakt ons duidelijk dat we bij ons buskaartje een eetbon hebben gehad die we hier in kunnen leveren.

Haha, het moet niet gekker worden. Je betaalt 310 bath (€7.50) pp voor een busreis van 7 uur en dan krijg je er ook nog eten bij. Bovendien hadden we in de bus al een flesje water en een pakje koekjes gehad. Dat is toch niet te geloven. We krijgen rijst en kunnen dan zelf aanwijzen welke curry we daar bij willen hebben. Weten wij veel, we wijzen maar wat aan en dat smaakt redelijk.

Dan de bus weer in en verder met de reis. Nog 4 uur naar Bangkok. De bus stopt niet meer onderweg. Will voelt zich niet lekker worden, gelukkig hebben we een plastic tasje bij ons want zijn rijst met curry komt er weer uit. Zelf word ik daar ook een klein beetje misselijk van.

Als we aankomen in Bangkok moet Will hardlopen naar het toilet want hij blijkt ook aan de dunne. Ondertussen probeer ik kaartjes te regelen voor vervoer naar Kanchanaburi. Blijkt dat we eerst met een taxi naar een andere busterminal moeten, dan nog een uur wachten voordat de eerstvolgende bus gaat en als we pech hebben en de bus zit al vol moeten we wellicht nog 2 of 3 uur wachten. Gezien de staat waarin Will verkeert besluit ik dat we vanaf hier met de taxi gaan. Kost wel een duit, 2400 bath (€60,00) maar het is niet anders. Dan doen we er alsnog 3 uur over om er te komen, maar dan zitten we in elk geval comfortabel.

We treffen het niet met de taxichauffeur, die blijkt de weg niet te weten en hij zit meer op zijn telefoon op google maps te kijken dan op de weg. Bovendien heeft hij aardig gas op de plank. Wat zal ik blij zijn als we er zijn, dit voelt niet echt veilig. Maar we komen 3 uur later gelukkig heelhuids aan bij VN Guesthouse, waar we de komende 4 nachten zullen slapen.

Het is een vrij groot hostel en hartstikke druk. Onze kamer is heel erg basic maar wel schoon. Dit guesthouse en onze kamer ligt aan de river Kwai, dat is wel leuk. Er is een restaurant bij en we besluiten hier een hapje te eten en dan maar vroeg onder de wol (niet echt hoor, veel te warm hier, graadje of 30) te kruipen.

Will voelt zich de volgende morgen weer kiplekker. Gelukkig maar. Mijn misselijkheid was alleen een gevolg van een kotsende man naast me, kan ik niet heel goed tegen. Dus fris en fruitig zitten we beiden aan het ontbijt plannen te maken voor de komende dagen.

Allereerst lopen we naar Kanchanaburi War Cemetry, de grootste van 3 begraafplaatsen waar Prisoners Of War begraven liggen. Deze krijgsgevangenen waren onder erbarmelijke omstandigheden tewerkgesteld aan de deathrailway, een treinverbinding tussen Siam (Thailand) en Birma (Myanmar). Op deze begraafplaats liggen meer dan 5000 mensen begraven waaronder 1800 nederlanders. Indrukwekkend weer dit.

Daarna lopen we richting de brug over de rivier Kwai. Eerst bezoeken we het Jeath War Museum 1 zodat we wat achtergrondinformatie opdoen. Daarna lopen we de brug over, waar het erg druk is. Heel bijzonder om hier tussen de spoorstaven van de deathrailway de beroemde bridge over the river Kwai over te steken, wetende dat de aanleg hiervan zovele duizenden levens heeft gekost.

Daarna slenteren we terug naar ons hostel waar we even lekker op bed een boekje lezen in de koelte van de airco. Het is buiten 35 graden en we smelten weg. Als het wat koeler wordt gaan we op ons terrasje aan de rivier een kaartje leggen onder het genot van een heerlijk koud drankje. We dineren weer in het hostelrestaurant. De eigenaresse is een vriendelijk vrouwtje die zegt dat ze mijn eten maar een klein beetje spicy zal maken. En dat doet ze ook. Het eten is fantastisch hier dus ik denk dat we hier wel elke avond zullen eten.