Cinque Terre

21 november 2018 - Riomaggiore, Italië

We gaan de Cinque Terre bezoeken. Dat is tenslotte de reden dat we voor Italië hebben gekozen dit jaar. De Cinque Terre (5 dorpen) is zo genoemd vanwege 5 pitoreske dorpjes die op de steile, hoge kliffen liggen van een prachtige, rotsige kuststrook van 15 km. tussen La Spezia en Levanto. Vroeger waren de Cinque Terre uitsluitend bereikbaar per boot. Door die moeilijke bereikbaarheid hebben de karakteristieke dorpen hun eigen identiteit kunnen behouden. Vandaag de dag zijn de dorpjes bereikbaar per trein die elk half uur tussen La Spezia en Levanto rijdt. Ook kan je per boot over zee de dorpjes bezoeken.

Wij kiezen voor de derde mogelijkheid. Langs de dorpen loopt de Sentiero Azzurro, een wandelpad dat de vijf dorpen met elkaar verbindt. We rijden naar Riomaggiore. Vanaf de weg heb je een prachtig uitzicht op het dorp, zeker een fotostop waard. We parkeren de auto op een van de schaarse parkeerplaatsen die er in het dorp zijn. In het hoogseizoen is parkeren hier een bijna onmogelijke opgave.

Riomaggiore is het eerste van de vijf dorpen, komende van La Spezia, en met 2000 inwoners een van de grotere dorpen. De schattige middeleeuwse huisjes zijn rood, roze en oker van kleur en liggen tegen de helling van de heuvels aan geplakt. We gaan naar de VVV en komen er achter dat het wandelpad (Via dell'Amore) tussen Riomaggiore en het eerstvolgende dorp Manarola afgesloten is. Ook het pad dat Manarola en Corniglia met elkaar verbindt is afgesloten. Dat blijkt al zo te zijn vanaf 2012. Toen zijn er aardverschuivingen geweest die het pad onveilig maken. Er zit dus niets anders op dan met de trein te gaan. Gelukkig mogen de honden gewoon mee de trein in.

Vanaf de parkeerplaats dalen we de steile weg af, lopen langs 2 kerkjes en komen in het centrum en bij het treinstation uit. We kopen dagkaartjes en kunnen vandaag onbeperkt met de trein reizen tussen La Spezia en Levanto. Wat is het belachelijk druk in de trein zeg. En dat terwijl we hier buiten het seizoen zijn. We hebben geluk en vinden een zitplaatsje maar veel mensen moeten staan. Ik zou hier voor geen goud in het hoogseizoen willen zijn, hoe druk moet het dan wel niet zijn. Ik had ergens gelezen dat je vanuit de trein spectaculaire uitzichten hebt maar de trein rijdt vooral door donkere tunnels en heel af en toe vang je een glimp op van de kust.

We besluiten eerst naar Monterosso al Mare te gaan. Dit is het grootste, meest noordelijke dorp van Cinque Terre en de vijfde in de rij. Ook hier staan karakteristieke pastelkleurige huizen en het is het enige dorp met een zandstrand. Met de trein kom je aan in het nieuwe stadsgedeelte. Daar loop je langs het kleine strandje waar de mensen hutje mutje op elkaar liggen. Wat een gigantische drukte zeg, blij dat ik daar niet tussen hoef te liggen.

De meeste bezienswaardigheden liggen in het oude stadscentrum dat te bereiken is via een tunneltje door de heuvel die het dorp in tweeën deelt. In de kleine straatjes zijn veel winkeltjes en restaurantjes. We drinken en eten wat op een terrasje terwijl we mensen kijken. Dat is altijd leuk en mensen zijn er in overvloed.

Na het eten gaan we op weg naar de Sentiero Azzurro. Tussen Monterosso en Vernazza is het pad wel toegankelijk. Je moet toegang betalen maar dat zit bij de prijs van de trein-dagkaart in. Vol goede moed beginnen we met een steile reeks trappen waar geen einde lijkt aan te komen. Het is super mooi met fantastische uitzichten op het dorp en de zee. Voor Tara is het wat moeilijk, zij zakt af en toe wat weg met haar achterhand. Na een klein half uurtje klimmen en klauteren komen we mensen tegen met een 3-jarige golden retriever. Zij zijn omgekeerd, het werd te moeilijk voor hun hond. Wij hebben pas het makkelijke stukje gelopen zeggen ze. We besluiten dat ik met de honden terugga en dat Will de trail verder loopt. Ik baal wel, had me er helemaal op ingesteld dat het weliswaar zwaar zou worden maar ook ontzettend mooi. Maar het is eigenlijk te heet voor de honden en veel te zwaar voor Tara.

Terug in Monterosso neem ik de trein naar Vernazza, een hele onderneming in je eentje met drie honden. Gelukkig is het niet zo druk als vanmorgen en de dames zijn heel braaf dus het gaat prima.

Vernazza is het vierde dorpje in de rij, een klein havenstadje waar de straatjes worden verbonden door vele trapjes. Op het hoogste punt staat een uitkijktoren die je kunt beklimmen. Je hebt daar een prachtig uitzicht over de zee en over het dorpje. Aan de haven ligt een oude vesting waarin nu een restaurant is gevestigd. De mooie 14e eeuwse kerk heeft een achthoekige klokkentoren. Het is het enige dorp met een uitgebouwd haventje en een klein strandje. Het wordt gedomineerd door een kasteel op een uitstekende klif. Als je Vernazza binnenkomt langs de kustwandelweg zie je schitterende uitzichten, of je nu van Monterosso of van Corniglia komt.

In Vernazza ga ik op een terrasje zitten om iets te drinken maar ik wordt weggestuurd. Als ik niet wil eten mag ik niet op het terras zitten. Dus ga ik ergens op een bankje langs de straat zitten wachten op Will. Vanwege de honden heb ik veel aanspraak. De meeste mensen vinden ze heel leuk. Uit een van de huizen komt een vrouw met een emmertje water voor de honden, zo lief. Ik maak een praatje met Ieren, Amerikanen, Belgen, Italianen en de tijd vliegt om. Ineens staat Will alweer voor me. De wandeling was zwaar maar prachtig. We bekijken Vernazza, krijgen een onweersplensbui op ons kop en eten een hapje alvorens weer op de trein naar Riomaggiore te stappen.

Daar aangekomen pakken we nog een cappucino op een terrasje, halen de auto weer op en rijden terug naar huis. Onderweg doen we boodschappen voor het avondeten. Lekker lasagne.

Later in de week rijden we naar La Spezia en parkeren de auto recht tegenover het treinstation. Handig. We kopen weer dagkaarten voor Cinque Terre want we willen ook graag de andere twee dorpen nog bezoeken. We gaan eerst naar Corniglia.

Corniglia is het allerkleinste dorpje van de Cinque Terre en de derde in de rij. Het dorp ligt hoog op een klif aan de kust en heeft als enige geen haven. Vanuit het station moet je 382 traptreden zigzaggend naar boven lopen om het dorp te bereiken. Dit is voor veel toeristen een reden om het dorp links te laten liggen. Het is er alsnog druk genoeg. Wij klimmen naar boven. Het is een hele uitdaging en dat bij ruim 30 graden. Er lijkt geen einde aan te komen maar we redden het. Het is een lieflijk dorpje waarvan het oude centrum verkeersvrij is en bestaat uit één straat, die omhoogloopt naar het einde van de klif. Verder zijn er een aantal smalle zijstraatjes die met trapjes omhoog lopen. Halverwege komen we op een gezellig pleintje met terrasjes. Cappucinotijd!!

Daarna in een zijstraat met de trapjes omhoog. Heel leuk allemaal maar een beetje to much voor de honden met deze hitte. Will gaat even boven kijken en daarna lopen we via de beschaduwde hoofdstraat omhoog naar het einde van de klif. Wauw…. Wat een ontzettend mooi uitzicht hebben we hier op de kust van Portovenere tot de Punto Mesco .

Na de nodige foto’s dalen we weer af om te gaan lunchen. Hier worden we voor het eerst geweigerd vanwege de honden. Ander terrasje zoeken dan maar. We vinden een tuin waar we heerlijk in de schaduw van een boom over de zee uit kunnen kijken. Dat is leuk lunchen, zon, zee en fantastisch italiaans eten. Wat wil een mens nog meer.

Na de lunch gaat Will omhoog naar het kustwandelpad. Zoals al eerder gezegd is het pad van Corniglia naar Manarola helaas gesloten, dus loopt Will naar Vernazza. Nu dus vanaf de andere kant. Vanuit Vernazza neemt hij dan de trein naar Manarola. Ik ga met de honden al die 382 traptreden weer af naar het station. Halverwege loopt er ineens een ongecastreerde reu achter me aan. Ai… Jans is loops dus dat wordt oppassen. De reu is hitsig en Jans wil graag gedekt worden, dat maakt het heel lastig om in mijn eentje met drie honden al die trappen af te gaan en die reu te ontwijken, maar het lukt. De reu volgt ons het station op. Ik laat Jans zitten en probeer het mormel op afstand te houden. Gelukkig komt de trein al snel en ik spring er met de honden in. Pfff…..daar zijn we gelukkig vanaf. Op naar Manarola.

Manarola is het tweede dorpje in de rij. Vanuit het station loop je door een tunnel naar het dorpje. Via kleine steile weggetjes met kinderkopjes loop je naar het kleine haventje. Langs deze weggetjes staan kleine, gekleurde huisjes waar de vissersnetten buiten hangen en soms zie je vissers die bezig de netten te repareren. Ook liggen er kleine bootjes voor de deuren. Manarola is door de bekende Via dell'Amore verbonden met Riomaggiore maar deze is helaas al jaren afgesloten.

Als ik in Manarola uitstap schrik ik me rot. Die reu stapt ook doodleuk uit. Shoot… heb ik weer. Dat ding wordt steeds hitsiger, Jans ook trouwens. Iedereen gaat zich er mee bemoeien en mij vertellen wat ik moet doen met die reu. Wat een gedoe. Uiteindelijk komt er iemand van de informatie, die wil de hond wel vangen en zijn baas bellen. Dat beest schijnt wel vaker de trein te pakken. Maar het mormel laat zich niet vangen. Of ik dan even in de shop wil gaan staan, dan doen zij de deur dicht en kan ik snel weglopen. Zo gezegd, zo gedaan. Ik ren me rot door een tunnel naar het dorp. Buiten adem draai ik me om en zie dat die reu weer achter me loopt. Terug naar de info dan maar. Of ik de shop weer in wil gaan. Maar de dame van de shop denkt daar anders over. Ga weg, je kan hier niet steeds gaan staan met die honden. Nou ik wil best weg als jij die hond even pakt, ik breng mijn vakantie ook liever op een andere manier door. Ga maar met de trein terug naar Corniglia. Dacht het niet. Zij boos op mij, ik boos op haar. Gelukkig komt de info-dame dan weer binnen met een touw om die hond te vangen. Zij doet de deur weer dicht, ik glip naar buiten en ren weer die tunnel door en een steile straat omhoog. Buiten adem kom ik op een pleintje met bankjes. Pfff….ik ben gesloopt en ik val op een bankje neer om op Will te wachten. Gelukkig heb ik die reu niet meer gezien.

Al dat geleuter heeft zoveel tijd gekost dat Will inmiddels al in de trein zit. Op het pleintje waar ik zit staat het sobere kerkje “Chiesa di San Lorenzo” en er is weer een fantastisch uitkijkpunt wat bereikbaar is door een wirwar van kleine straatjes. Als Will er is bekijken we deze en lopen daarna terug naar beneden. We kijken nog even uit over de straatjes naar de haven maar ik heb er geen zin meer in om dit dorp nog verder te bekijken.

We gaan terug naar La Spezia. Daar blijkt de toegangsdeur van de parkeergarage kapot te zijn. Shoot… wat nu? Een oude Italiaanse man vertelt ons dat we om moeten lopen en via de inrijpoort naar binnen moeten. Ook goed hoor, als we er maar uit komen en dat lukt. 

Nog later in de week bezoeken we ook Levanto, dat net ten noorden van Cinque Terre ligt. Deze dag hebben ze veel regen opgegeven, wel 85%. We zullen zien. Onderweg begint het inderdaad te stortregenen, wat een zondvloed zeg. Dan rij je daar op een bochtig bergweggetje met een zicht van maximaal 40 meter en het water stroomt als een rivier de berghellingen af. Heel intensief rijden en ik ben dolgelukkig als we eindelijk veilig in Levanto arriveren.

Als we de auto parkeren wordt het gelukkig droog. Wel zo prettig. Levanto is leuk stadje, gelegen in een kleine baai en met een mooi zandstrandje. We bekijken de haven en de mooie kleurrijke huizen. Ook heb je hier een aantal mooie, grote villa’s en een leuk uitkijkpunt over de zee. Het strand is verboden gebied voor de honden dus blijven we op de boulevard. Oei… het begint weer keihard te regenen. Gelukkig kunnen we hier op een bankje goed schuilen en we pakken onze e-readers er maar bij. We lezen een poosje en dan wordt het weer droog en breekt de zon door. Dat is lekker.

We lopen via een trap naar omhoog naar de Castello, een kasteel waarvan de vroegste sporen teruggaan tot in de XIIe eeuw. Vanaf hier kan je via het kustwandelpad naar Monterosso wandelen. We lopen een deel van dit pad. Wauw, wat is dat ontzettend mooi. Prachtige vergezichten over zee en op Levanto. Wat gaan we doen, lopen we door naar Monterosso met de trein terug naar Levanto? Maar de treinkaartjes zijn best prijzig dus besluiten we na een uurtje om te keren en terug te lopen.

Weer terug bij de Castillo lopen we het straatje in rechts van de muur. Je kan daar langs een smal pad naar beneden gaan en dan komen we uit bij de Chiesa di Sant’Andrea, een kerkje met een voorgevel in witte en zwarte banden. We bekijken het kerkje en dan is het tijd om te lunchen.

We eten een heerlijke pizza op een terrasje en dwalen daarna door de straatjes van Levanto. Voordat we de auto opzoeken en weer terug rijden naar ons appartement eten we nog een zalig italiaans ijsje. Dat is echt een nieuwe verslaving van me. Zo lekker dat italiaanse ijs. Onderweg naar “huis” nog even boodschappen doen voor het avondeten. Canneloni met spinazie en ricotta vanavond.

Nu hebben we Cinque Terre goed bekeken. Hoewel het hier prachtig mooi en heel sfeervol is, zou ik hier voor geen goud in het hoogseizoen willen zijn. Ook nu, buiten het seizoen is het behoorlijk druk op de wandelpaden en vooral in de dorpen. Er wordt gezegd dat de 5 dorpen heel authentiek zijn gebleven maar door de enorme drukte leek het soms of je op een drukke braderie rondliep. Ik vraag me af hoe authentiek dat is. Maar omdat het hier zo ontzettend mooi is, is het toch echt een aanrader en zeer de moeite waard om te bezoeken.

Maak je reisblog advertentievrij
Ontdek de voordelen van Reislogger Plus.
reislogger.nl/upgrade