Parque Nacional Los Alerces

21 november 2018 - Esquel, Argentinië

Wij zijn de enigen die uitstappen in Esquel. Ondanks dat het ruim 23.000 inwoners heeft doet het aan als een doods gat. We logeren in Tierra Mapuche hotel, ver van het centrum van de stad. Hier wordt alleen spaans gesproken. Joepie. Ik versta werkelijk helemaal niets van wat de dame achter de balie zegt. Later blijkt dat zij een dialect, mapuche, spreekt. Zij is reuze vriendelijk en verstaat mij wel. We gebruiken google translate zodat ik haar antwoorden in het engels kan lezen.

Vanavond eten we voor een habbekrats in het hotel, citroenkip met aardappeltjes. En dat is lekker!!! Als de kok onze lege borden ziet vraagt hij "Un poco mas?" Nou... heel graag... puede cocinar excelente. Hij lacht en schept onze borden nog een keer vol. Jammie, smullen.

Er gaat dagelijks slechts 1 public bus naar Parque Nacional Los Alerces (de enige reden om in dit gat te willen verblijven). Deze gaat om 8 uur in de ochtend en als je zeker wil zijn dat je een kaartje hebt moet je om half 8 al op het station zijn. Er gaat dagelijks ook maar 1 bus terug naar Esquel, om 8 uur 's avonds. Poe... dat is wel een lange dag zeg. Het is anderhalf uur rijden naar de centrale poort het park en dan kan je uitstappen op 3 verschillende punten. Het park is zo groot dat we maar een heel klein stukje ervan kunnen zien. Tussen de 1e halte en de 2e halte is het anderhalf uur rijden (om even aan te geven hoe groot het park is).

Een andere mogelijkheid is om een tour te boeken. Dan rij je met een bus met gids door het park. Voordeel is dat je dan veel meer van het park kan zien. Nadeel is dat je dan veel in de bus zit. Voor dit dilemma komen we niet te staan want bij navraag bij de 4 reisbureautjes die ze hier hebben blijken alle tours vol te zitten.

Dus kopen we om half 8 een buskaartje en stappen uit bij de eerste halte, Lago Futalaufquen. Ons is verteld dat we hier meerdere kortere trekkings kunnen doen. Dat lijkt ons wel wat. Om bij een punt te komen waar we historische grottekeningen kunnen zien moeten we eerst een stuk langs de weg lopen maar dan begint een mooie wandeling. We klimmen een rots op en het uitzicht over het meer en de bergen is werkelijk prachtig. De rotstekeningen zijn een teleurstelling. Het is dat er een groot info-bord voor staat anders hadden wij ze nooit gezien.

Ons volgende doel is een waterval. De wandeling ernaar toe is niet mooi (de omgeving is overigens wel prachtig). we lopen over een brede grindweg langs het meer waar ook nog eens veel verkeer rijdt. Beetje jammer dit. We wandelen.... en we wandelen.... en als we zo'n beetje 3 km op weg zijn besluiten we onze duim op te steken. De 2e auto stopt, een argentijnse vader met zijn 2 zoons. We mogen mee rijden naar de waterval. We rijden.... en we rijden.... en ik denk "zijn we niet al veel te ver?" Dan stopt de chauffeur en keert de auto. We zijn te ver, we brengen jullie even terug. Hoe lief is dat. Bij navraag blijkt de waterval 5 km terug te zijn. Vale. Maar hoe we ook zoeken... geen waterval te vinden. Laat ons hier maar uitstappen, we gaan wel verder wandelen. Muchas, muchas gracias.

We lopen.... we lopen.... en we lopen.... en nergens die rot-waterval te bekennen. We steken onze duim maar weer op. Nu duurt het wat langer maar de 5e auto stopt, een pick-up. We zitten vol maar als jullie het niet erg vinden om in de bak te zitten mag je meerijden. Nou, dat vinden wij helemaal niet erg hoor. Sterker nog, daar zat Will al op te azen. We klimmen achterin en de chauffeur rijdt flink door. Dit is leuk zeg. Het is zeker nog zo'n 6 km rijden voordat we het punt bereiken waar we er uit moeten. Zo blij met deze lift ook weer. Adios y muchas gracias.

We zijn weer eens goed voorbereid van huis gegaan. Dachten dat we hier in het park wel iets te eten en drinken konden kopen maar alles is gesloten. Het is inmiddels 1 uur en de 2 slokken water die we bij ons hadden zijn allang op. Nou ja, eigen schuld, dikke bult.

Vorig jaar is er hier een enorme brand geweest. Veel alerce-bomen zijn verbrand en dat moet zich nu weer gaan herstellen. Het is kwetsbaar gebied en daarom is een deel van het park afgesloten. 

Wij besluiten aan onze 3e trail te beginnen. Volgens de infoborden een baja (gemakkelijke) wandeling van 4 km naar Puerto Limanoa. Het wordt mijn grootste nachtmerrie. Allereerst moet gezegt dat het een heel erg mooi pad is. Heel smal, pal op de rand van een klif langs de oever van het meer. Het is een constant dalen en klimmen, klauteren over dikke boomwortels en het pad loopt schuin af richting de klif. Denk dan aan hoogtevrees, volle blaas, vermoeidheid, dorst, pijnlijke voeten en zere knieën. Will, sorry, dit ga ik niet redden. Ik ga terug. Will gaat met me mee. Bij het infocentrum is gelukkig een toilet. En er staat zo'n grote fles gekoeld drinkwater. Er is maar 1 plastic bekertje en dat is al gebruikt. Maar dat zal mij een worst zijn. Nog nooit smaakte water zo hemels.

Will wil graag toch naar het haventje. Gewoon lekker doen. Ik ga wel in het zonnetje een boekje liggen lezen op het grasveld. Ook heel erg lekker. Daarna is het tijd om de bus terug te pakken. Ik moet zeggen dat het park erg mooi is ondanks dat wij maar een heel klein stukje (en zeker niet het mooiste stukje) hebben gezien. De moeite van een bezoek zeker waard.

In het hotel eten we schaap vanavond. We beginnen met een erg lekker voorgerecht van rijst met tonijn. Dan aardappeltjes en een lap schapenvlees. Helaas smaakt en ruikt het ook naar schaap, ik word er een beetje misselijk van en eet het ook niet allemaal op. Als de kok komt vragen of we een poco mas willen is hij zeer verbaasd dat we bedanken.

Als we uitchecken zegt de eigenaar (ook de kok) dat ik goed spaans spreek. Dat is nog eens een leuk compliment. Hij spreekt iets engels maar zegt dat hij veel vergeten is omdat hij maar zo weinig kan oefenen. Terwijl wij op de taxi wachten keuvelen kokkie en ik nog eventjes door in het spaans. Dan moeten we afscheid nemen en hij zwaait ons uit tot de taxi uit zicht is. Hoe leuk is dat.