Varen over het Inle-meer

25 november 2018 - Nyaungshwe, Myanmar

Na een onrustige, koude nacht sta ik zowat op knappen. Nadat wij op bed lagen was het een komen en gaan van mensen, achteraf bleek dat een deel (of zij allemaal, dat weet ik niet) van de boerenfamilie bij ons op zolder sliep. Will had niets door, die sliep lekker. Soms ben ik zo jaloers op hem. Afijn, ik had niet het lef om vannacht in het pikkedonker langs al die mensen naar buiten naar een superdonker hok met gat in de grond te gaan om te plassen.

We wassen ons buiten bij een waskom en gaan aan het ontbijt dat al klaar staat, schalen vol fruit. Maung heeft zich ingehouden, fijn. Ik hoop alleen dat hij niet beledigd is. We hebben net het fruit op als Maung binnen komt met pannenkoeken, 2 voor Will, 3 voor mij. Willen jullie eieren? Nee, zegt Will en Maung kijkt zo teleurgesteld dat ik het lef niet heb om ook nee te zeggen. Eentje dan. Geen 2? Nee 1 graag. Hoe ga ik dat nu weer opkrijgen? Als Maung naar de keuken is voor het ei gooien we 1 pannenkoek uit het raam. Dat eten de honden wel op.

We nemen afscheid van onze gastfamilie en vertrekken weer. Deze keer lopen we hoofdzakelijk omhoog en dat gaan we goed merken. Maar het is weer mooi en we komen op tijd bij de boot in Inle aan. We nemen afscheid van Maung en stappen in de boot waar onze bagage al in ligt. 

De boottocht over het Inle-meer gaat een uur duren. Eerst worden we in het floating village naar een zilversmid en naar de longneks gebracht. Beiden met het doel om ons spullen te verkopen. Dat hoeft van mij niet zo maar we lopen braaf door de winkeltjes heen. 

Daarna varen we het meer op dat bekend staat om zijn beenroeiers. Om beide handen vrij te hebben roeien de vissers hier dus met een been, heel gek om te zien. Ook zien we vissers met speren in de hand in het glasheldere water turen. Zij proberen de vissen op deze manier te vangen. 

Sommige boten komen zo hard voorbij varen dat de voorkant los komt uit het water. Spectaculair gezicht. Na een uurtje leggen we aan in Nyaung Shwe. Onze bootsman belt een taxi om ons naar Trinity Family Inn te brengen waar we de komende nachten zullen logeren. Het is een ienieminie vrachtwagentje en we moeten met onze bagage in de laadbak zitten. Ook leuk. 

Dit hotel blijkt redelijk luxe, we hebben een soort eigen bungalow met zalige bedden en een heerlijke douche. Wat kun je van een goede, warme douche genieten zeg. En ik kijk uit naar een heerlijke, goede nachtrust.

Helaas valt dat een beetje tegen. Doordat ik maar blijf hoesten en keelpijn blijf houden lig ik toch weer veel wakker. Ik ben er helemaal klaar mee. Bij de drogist koop ik een antibioticakuur en hoop dat ik nu eens op ga knappen.

Nyaung Shwe is een dorp waar het even lekker relaxen is na zo'n hike. We slenteren over de grote markt, bekijken wat tempeltjes, zitten een tijdje in de zon op ons eigen terras te lezen onder het genot van een redelijke cappucino. Zo komen we de dag wel door.

Vandaag was de stroom de hele dag afgesloten en nu het avond wordt horen we de agregaten draaien. Niet iedereen heeft zoiets tot zijn beschikking en we eten bij kaarslicht in een authentiek Myanmars restaurant. Hoe romantisch is dat.

De volgende ochtend worden we door een minivan opgehaald om naar Bagan te gaan. Samen met 1 Indiër, 2 chinezen, 2 Nederlanders, 1 Chileen en 1 Argentijn ondernemen we de 9 uur durende reis naar Bagan. In Bagan worden we netjes afgezet bij een hotel/hostel naar keuze.