Goodbye Uganda

21 november 2018 - Kampala, Oeganda

Als we opstaan zijn Martijn en Lotte alweer aan het werk. Wij ontbijten nog 1 keer buiten in het zonnetje. Morgenochtend zijn we (als alles goed gaat) weer thuis in ons koude, natte, maar o zo fijne kikkerlandje. De auto naar het vliegveld in Entebbe is besteld.

Martijn is vanmiddag vrij en wil ons wel op sleeptouw nemen naar een markt. Lijkt me leuk. Kijken of ik nog een leuk stofje op de kop kan tikken en wie weet wat we nog tegenkomen. We gaan per boda-boda want de president houdt vanmiddag een campagnetoespraak en dan worden straten afgezet en kom je nog slechter dan normaal door de stad heen.

Wij hebben het hier heel erg leuk gehad, hebben ons prima vermaakt. Natuurlijk moet je overal uitkijken voor zakkenrollers en vooral in Kampala. Mensen rijden hier met de autodeuren op slot omdat die anders opengetrokken kunnen worden. Maar ach, in welke grote stad ter wereld is dat anders?

Veel mensen wonen in de steden hier op een beveiligde compound, hoge muren met prikkeldraad, tralies voor de ramen, ijzeren deuren en poorten, dag en nacht bewakers op het terrein. Dat maakt dat je je afvraagt hoe veilig het is om hier te wonen. Of is dit een overblijfsel van het schrikbewind van Idi Amin en/of de burgeroorlog? Tenslotte is het pas sinds een jaar of 10 vrede in Oeganda. 

Een groot percentage van de bevolking woont in lemen hutjes zonder electriciteit, stromend water en sanitaire voorzieningen. Met het bezit van een stukje land (waarop zij matoke en groenten verbouwen)en een koe en/of geit zijn zij zelfvoorzienend. Water wordt dagelijks gehaald bij een rivier of waterput. Dokters zijn meestal niet in de buurt. Hoewel verboden bij de wet worden er nog steeds (vrouwen)besnijdenissen uitgevoerd. Ondanks dat er bij de steden posters hangen om het gebruik van condooms te promoten worden deze niet of nauwelijks gebruikt. Deze mensen leven zover van de steden dat deze informatie hen niet bereikt. Van geboortebeperking of het voorkomen van hiv en soa's hebben zij nauwelijks weet.

Zoals wij al vaker op onze reizen hebben gezien..... hoe weinig de mensen ook hebben..... zij lijken heel vrolijk. Zo ook hier. We hebben lieve, vriendelijke, vrolijke en zeer bescheiden mensen ontmoet. Er wordt altijd gegroet en een praatje maken doet men graag. Als wij langs komen komen de kinderen naar ons toe rennen, roepen mzungu, mzungu en zwaaien blij naar ons, gewoon voor de lol, niet om te bedelen. Erg veel blanken hebben wij buiten de grote steden niet gezien. Het is natuurlijk wel laagseizoen. De mensen vinden het leuk om op de foto te gaan en dan de foto op het schermpje te zien. Ik heb een stukje gefilmt en dat laten zien. Ze slaan zowat achterover van verbazing. Ze moeten er erg om lachen. Als we wel eens iets vergaten werd dat al rennend achter ons aan gebracht. Wij hebben ons hier geen seconde onveilig gevoeld.

Er is openbaar vervoer in Oeganda. Er zijn een aantal lokale bussen maar daar kan je niet overal mee komen. Bovendien hebben zij niet een echte dienstregeling. De bus vertrekt als hij vol zit. Dat kan nu zijn.... of over een uur.... of over 6 uur..... of morgen.... of zelfs nog later. Niet erg betrouwbaar dus. Bovendien kun je met deze bussen niet bij de nationale parken komen.

Treinen zijn er niet, hoewel er wel spoorlijnen liggen. Deze werden vroeger gebruikt om katoen te vervoeren en het schijnt dat er heel incidenteel nog wel eens een goederentrein rijdt. Maar de meeste spoorlijnen zijn overwoekerd door gras en ander spul.

Een goedkoop manier van vervoer zijn de matatu's. Dit zijn kleine (meestal toyota)busjes waar wij in holland met maximaal 8 personen in kunnen. In Oeganda mogen er 14 passagiers in. Je kunt je voorstellen dat je dan enorm opgepropt zit en vaak proppen ze er nog meer mensen in. Het is goedkoop vervoer, je kunt op veel plaatsen komen, maar lijkt me niet heel erg ideaal.

Je kunt natuurlijk ook een auto huren. Dan moet je wel zelf enorme afstanden rijden. Of een auto met chauffeur, dan zie je ook wat meer van de omgeving. En waar je ook rijdt er is altijd wel wat te zien. Of je kunt met een groepsreis of een individuele reis gaan. Hoewel wij nooit eerder een groepsreis hadden gedaan zijn wij heel blij dat we daar deze keer wel voor gekozen hebben. Zonder onze goede gids zouden we veel van het wild dat we nu gezien hebben gewoon niet opgemerkt hebben. Voor ons was dit echt de beste manier om door Oeganda te reizen.

In de steden (en met name in Kampala) is het vaak een gekkenhuis wat het verkeer betreft. Erg druk en dan kost het veel tijd om met de auto ergens te komen. Ideaal is dan het vervoer per boda-boda (achterop een motor). En het is ook nog eens heel erg leuk. Nooit gedacht dat ik dat nog eens zou zeggen. In Nederland zal ik niet zo gauw achter op een motor gaan zitten, maar hier heb ik dat wel een paar keer gedaan. Met helm en in korte broek en hemdje zit je achterop terwijl de boda-boda kriskras tussen de vele auto's en andere boda-boda's door raast.

Oeganda is een prachtig land, ondanks dat we in het droge seizoen reizen is het land mooi groen. De natuur is ontzettend mooi en heel divers. Oeganda heeft het allemaal, savanne, bergen, meren en rivieren, vlak land en veel wildlife. Het landschap blijft je steeds weer verrassen. Bovendien leven er meer 1000 soorten vogels waarvan vele die heel mooi van kleur zijn.

Er wordt gezegd dat Oeganda de parel van Afrika is..... wij hebben natuurlijk geen vergelijk omdat dit onze eerste keer in Afrika is..... maar ik ben er van overtuigd dat het waar is. Oeganda is de parel van Afrika.