In een rijtuigie

25 november 2018 - Pyin Oo Lwin, Myanmar

Voordat we in het open laadbakkie van het mini-vrachtwagentje stappen (brrr.... heel erg koud 's morgens vroeg) krijgen we nog even snel een vervroegd ontbijt van onze gastvrouw. Ik blijf het zeggen, lieve mensen hier in Myanmar.

We reizen deze keer opgepropt (veel te weinig beenruimte) met een local-bus in 6 uur naar Pyin Oo Lwin. Onderweg stoppen we 1x voor toiletbezoek. Het is wel afzien, maar het heeft ook wel wat.

We worden voor ons hotel Tha Ha Zar Ta afgezet. Het hotel ligt aan de drukke hoofdweg van wat ik dacht dat een klein dorpje was, maar wat toch een redelijke stad blijkt te zijn. 

Het engels dat ze in dit hotel spreken blijkt ernstig tekort te schieten. Ze glimlachen wel aardig maar hebben geen idee waar je het over hebt. We krijgen een papier in het engels met info over het hotel (ontbijttijden, wifi-code enz.) onder onze neus gedrukt. De kamer kan er mee door, het beddengoed is schoon, de badkamer niet. Als ik ga douchen duurt het nogal voordat het water warm wordt en als ik met een ingezeept hoofd sta dringt het tot me door dat dat ook niet gaat gebeuren. Niet lekker hoor, koud douchen.

We vragen naar treinkaartjes en omdat ze het woord station net schijnen te snappen krijgen we weer een infopapier in het engels te zien. Dus gaan we maar naar het station. Daar blijkt dat we morgenmiddag tussen 3 en 4 de kaartjes pas kunnen kopen. Oke, dan komen we morgen wel weer terug. 

Het valt zwaar tegen om in deze stad een plekje te vinden waar we fatsoenlijk kunnen eten. De meeste restaurants hebben geen kaart. Daar kan je alleen Myanmarse curry eten. Je mag wel kiezen of je met kip, varken of rund wil. Ik kies kip, lijkt me redelijk veilig. Helaas... het zit vol met zeen, botten en vellen en lellen. Bovendien is het super- super- superspicy en de smaak is gewoon goor. Ik ben echt geen zeur met eten maar dit krijg ik gewoon niet weg.

De volgende morgen besluiten we om een rondrit met een koetsje te maken om een beetje wegwijs te worden in de stad. In een rijtuigie.... in een rijtuigie.... in een rijtuigie reden we door Vinkenv.... eh.... Pyin Oo Lwin. 

Eerst bezoeken we een chinese tempel. Een supermooi complex met in allerlei vormen geknipte buxusstruiken, mooie gebouwen, schilderingen en vooral veel draken. Het doet ons een beetje denken aan de Efteling.

Zodra we wat verder van de drukke hoofdweg komen blijkt Pyin Oo Lwin een alleraardigst stadje te zijn vol met oude koloniale huizen. Bij een van die huizen stappen we uit en lopen de goed onderhouden tuin door naar het vervallen huis. De beheerder zit in de tuin en verteld dat het gerenoveerd en een hotel wordt. Als we willen mogen we wel even binnen kijken zegt hij trots. Nou... dat willen we wel. Wat een fantastisch huis is dit zeg, prachtige houten vloeren, balzalen van kamers met elk een open haard en een balkon. Een gigantische houten trap die van twee kanten naar beneden loopt en dan halverwege één wordt. Wauw.... ik voel me net Scarlett O'Hara van "Gejaagd door de wind" als ik de trap afdaal. Superleuk dat we hier even binnen mochten kijken.

We vinden ook ergens een mooie bouwval. Zullen we mee gaan doen met IK VERTREK? We zijn de perfecte kandidaten. We hebben een bouwval gevonden, weten helemaal niets van het land, spreken de taal niet en zijn er toch al 1 keer op vakantie geweest. Haha... toch maar niet. Pyin Oo Lwin is een leuk stadje om één dag door te brengen.

We laten ons afzetten op de markt. Altijd leuk om over een aziatische markt te slenteren. En vandaar slenteren we langzaam terug naar het hotel. We willen daar fietsen ophalen (die ze gratis ter beschikking stellen, dat dan weer wel) en naar het station fietsen om treinkaartjes te gaan kopen. Maar we horen dat er op een half uurtje rijden met een taxi een waterval te vinden is, dus wijzigen we de plannen.

We lopen naar het station en kopen onze kaartjes (nou ja... kaartjes is wat veel gezegd. We betalen en die man krabbelt de stoelnummers en de tijd dat we op het station moeten zijn op een vodje papier) voor morgenochtend. Nu maar hopen dat dat goed komt. We zien dat andere hotels personeel sturen om kaartjes voor hun gasten te halen. We zijn echt niet gecharmeerd van ons hotel hoor.

Als we een taxi proberen te regelen horen we van de chauffeur dat het bij de waterval 1 uur steil naar beneden lopen is en dat het zeker 2 uur kost om weer boven te komen. Daar hebben we geen zin in hoor, dan lopen we straks ook nog in het donker te knoeien. Later horen we van een spaans stel dat het wel 2 uur rijden was naar die waterval. Echt blij dat we het niet gedaan hebben.

Als we langs een drogist lopen kopen we een zwaardere antibioticakuur. De eerste helpt wel (ik voel me echt al stukken beter en heb geen koorts meer) maar niet voldoende. Tijd voor zwaarder geschut en hopen dat dat afdoende zal zijn.